Er dringt zich een herorganisatie richting hogere grond op.
Lager gelegen gebieden zullen veel frequenter te maken krijgen met extreem weer, waarbij ze enerzijds blootgesteld zijn aan de watermassa van de zee en anderzijds aan haar rivieren, die water van heel ver brengen.
De zeespiegel stijgt, de zee warmt op, dat voedt stormen. De zee verzuurt, door de CO2 die ze opneemt, tot ze sterft. En 1,3 miljard mensen zonder voeding vallen.
Komt er een perfecte storm zoals die Nederland heeft wakkergeschud ergens in de 1950s, wat geeft dat met het huidige klimaat, wat als die perfecte storm nog perfecter is en op onze kust "valt"?
De rivieren, hoe langer ze zijn, hoe meer kans dat er regelmatig ergens langs het traject een regenbom "valt". Die stroomafwaarts...
Wij leven behoorlijk stroomafwaarts, los van de lokale dynamieken binnen het gegeven dat warmere lucht én water interageren zodat er meer vocht in de lucht kan zitten en soms ook zit.
Ook meer sneeuw leidt stroomafwaarts tot meer waterstroom, omdat door het opwarmende klimaat die sneeuw ook weer smelt.
dat is extreme zaken, niet zo heel ver van hier buiten beschouwing latend, zoals de DANA in Spanje/Valencia Oktober 24. En dan spreken we helemaal niet over orkanen, want dat kennen wij hier niet.
Er dringt zich een herorganisatie van het gebied daarrond op, in steden en niet-steden. Doel is natuurlijk zo véél mogelijk behouden wat kan behouden worden, maar er moeten ook stukken teruggegeven worden, zodat daar geen schade is/slachtoffers vallen. Die overstromingsgebieden zijn extra gebieden voor landbouw.
Een bijkomend doel is dat stad en niet-stad errond samenwerken. Daarbij levert stad an sich een disproportioneel stuk aan mensen in uren en kennis en de niet-stad levert meer grond-oppervlak. Alle veralgemeningen zijn fout, deze inbegrepen.
Steden zijn concentraties, die vaagjes overgedaan worden in leef-kernen (kleine stad, gemeente of zelfs dorp), waar specialisatie opduikt. In steden is dat, Universiteiten, gespecialiseerde winkels, sport- en cultureel aanbod... tewerkstelling... in Niet-Steden zijn dat supermarkten en algemenere, poly-aanbod winkels. Zoals aldaar vermeld, gaan niet-steden over grotere ruimtes. Steden zijn geconcentreerder, en gaan over balkons, hoogstens een groot uitgevallen stadstuin van 20 meter op 20 meter. Of je gaat naar de voorstad, waar je stadstuinen van 20m2 hebt, ommuurd. Of een koertje en een hoge muur naar de zon toe. Of een terras op het oosten. Zonder je eigen regenpijp, notabene.
In niet-steden gaat het over een variatie van kleine en grotere percelen. Je rijdt geen twee straten of je staat tussen de velden, of in het bos.
In niet-steden gaat het over die bossen, stelselmatig, beetje bij beetje zachtjes in de richting van bepaalde boomcombinaties te duwen, zoals eetbare kastanjes, en hazelnoten versus planten met minder eetbare vruchten/... zonder daarbij uit te schieten, alle planten hebben hun rol in het eco-systeem, dus ook voor de mens oneetbare soorten zoals paardekastanjes of bepaalde eiken/eikels. Maar je kan hier en daar waarschijnlijk wel een eik vervangen door een versie met weinig tot zeer weinig taninnes.
Het geheel streeft naar de productie van één basisvoeding voor iedereen. Pas dan kan er gekeken worden naar wat er met de surplus gedaan wordt - denk daarbij nogmaals aan die overstromingsgebieden: de negen jaar dat er geen overstroming is, is daar meerwaarde te rapen, dat tiende jaar evenwel niet; los van datgene wat elders, in het buitenland aangekocht wordt.
Keer nog even terug naar die lager-gelegen gebieden. Die kunnen niet allemaal opgegeven worden. Denk aan de havens, waarbij er verschillende ofwel lager gelegen zijn, zoals Antwerpen, of wel zoals Gent aan de samenkomst van twee stromen, in moerasgebied. Toegegeven, uitdrogend moerasgebied, hoewel het laatste jaar nat was. Was de droge periode daarvoor een voorafspiegeling van het merendeel van de tijd, of volgt er nu een soortgelijke natte periode, op dit moment onduidelijk.
Daar kunnen ook maatregelen genomen worden, van bouwen in de hoogte, waarbij je de onderste verdieping als surplus ziet, die klaargemaakt is om onder te (kunnen) lopen. Een hok in de tuin, onder je huis als het ware; tot het geleiden van water nog sneller uit de omgeving via watersnelwegen, grotere rioleringen, grotere knooppunten, allen geautomatiseerd om door te sturen, dan wel te bufferen of een andere richting op te sturen. Watersnelwwegen die op zich weer kunnen dienen voor andere functies, zoals surplus landbouw. A la limite extra groenten, behalve het jaar per tien dat alles onderloopt.
Denk ingegraven tanks die ondergrondse waterstromen opvangen;
Denk opbouwen van organisch materiaal onder de vorm van dood of levende organismen, planten, microben en alles wat die twee laatste uitscheiden en uitschijten.
Denk...
Let wel, dit is een toekomstbeeld. Misschien vijftig jaar in de toekomst. Dat neemt niet weg dat we nu al in die richting kunnen denken. Is het een slecht idee om je voor te bereiden op de kans dat er zo'n regenbom ook wel eens hier ergens kan neerkomen? Of wachten we beter tot dat gebeurd is om dan re-actief te werken?